In november werden we opgeschrikt door de eerste PEDv besmetting in Nederland. Natuurlijk waren we door de verhalen uit Amerika over massale uitval van biggen best wel angstig en gespannen. Wat zou er gaan gebeuren.

Ik vind dat dat bij de eerste besmetting er heel goed en serieus is samengewerkt tussen alle partners in de productie keten. Dit heeft ervoor gezorgd dat PED zich in het begin zeer regionaal en maar naar een klein aantal bedrijven heeft verspreid. Ook heeft deze aanpak ertoe geleid dat, zoals we in de media hebben kunnen lezen, het eerste bedrijf al weer PED vrij is.

Maar op dit moment begin ik me steeds meer te verbazen over de houding van sommige mensen in de varkenshouderij. Blijkbaar vinden deze mensen, die ook werkzaam zijn in onze sector, dat PED niet zo spannend meer is. Omdat blijkt dat de uitval erg meevalt. Maatregelen om de verspreiding te voorkomen worden afgeschaft en een PED besmetting is bijna geen nieuws meer.

Ik snap niet dat deze houding voor varkenshouders acceptabel is. Ik vind dat de effecten van een PED besmetting ernstig onderschat worden. Ten eerste omdat het voor een varken echt niet fijn is om zo ziek te worden dat je horizontaal schijt, in plaats van verticaal. Daarnaast is er de technische schade door de groeiachterstand, mindere kwaliteit biggen en terugkomers. Maar misschien nog belangrijker is de uitspraak van een varkenshouder die de besmetting opliep.

Nu zie je wat je binnen krijgt, meestal heb je het niet in de gaten!

Of te wel, als ik op mijn bedrijf PED binnen heb gekregen, betekent dat dat mijn extern biosecurity zo slecht is dat ik heel regelmatig wat nieuwe infecties op mijn bedrijf binnen krijg. Alleen gaan dan niet alle dieren massaal aan de diarree en dus herken ik het niet. Maar het zal wel degelijk een negatief effect hebben op de gezondheid van mijn dieren.

Deze varkenshouder heeft geleerd van zijn ervaring. Maar ik verbaas me erover hoe weinig anderen de zelfde lering trekken uit de PED verspreiding. We hebben nog veel werk te doen!

 

 

Met veel plezier las ik over de biggenbodywarmers. Het doet me deugd dat er jonge mensen zijn die zich vastbijten in een probleem waar ik ook vaak mee bezig ben. Natuurlijk ben ik dan ook erg nieuwsgierig naar de eerste onderzoeksresultaten.

Biggen koelen nadat ze geboren worden heel snel af. Hun eigen thermostaatje werkt nog niet goed waardoor ze makkelijk 3 tot 4 graden verliezen in het eerste half uur. En hoe kouder biggen worden hoe trager ze worden en hoe eerder ze dan ook uitvallen doordat ze doodgelegen worden of gewoon onvoldoende drinken. Biggen zijn na de geboorte volledig afhankelijk van de biestopname om te zorgen dat ze hun temperatuur weer kunnen verhogen. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld lammetjes die geboren worden met een energievoorraad die ze kunnen gebruiken.

Een warm nestje is natuurlijk erg belangrijk en zorgt ervoor dat biggen fijn en lekker kunnen slapen, maar het afkoelen gebeurt voordat ze daar terecht komen. Het eerste half uur is cruciaal. Het is dus van levensbelang dat elke big na de geboorte snel opdroogt en zijn of haar weg naar de biest kan vinden. Zorg daarom altijd voor een tochtvrij kraamhok met veel grip. Maar ook met een ideaal kraamhok zullen er biggen zijn die te veel afkoelen. Dus dat daar nu een innovatieve oplossing voor is, waarbij de biggen ook nog zelf naar de uier kunnen in plaats van opgesloten worden om op te warmen vind ik een grote verbetering.

Dus bravo voor deze slimme studenten. Misschien moeten ze meteen ook patent aanvragen voor dergelijke bodywarmers voor mensen. Voor bibberende mensen in de winterdag.

Kinderdagverblijven en crèches lijken een uitkomst voor werkende ouders, maar onvoorspelbaar: plotseling verlaat een ouder zijn/haar werkplek, want het kind is ziek en moet opgehaald worden. En als het kind snottert doen de ouders ook vaak mee. Die open structuur van crèches kent veel wisselende contacten, omdat veel ouders parttime werken en dus kinderen elke dag weer in een ander groepje zitten. De cultuur in België kent veel meer opvang van kinderen door grootouders, zodat de kleintjes gevrijwaard blijven voor infecties van de boze buitenwereld. Dit is veel beter voor hun gezondheid, want het afweersysteem van jonge kinderen moet je niet te veel belasten; het is er nog niet klaar voor.

In de varkenshouderij zitten we met eenzelfde crèche-grootouder dilemma: bescherm je jonge dieren tegen infectie of juist niet?  Anders gezegd: Probeer je infecties door hygiëne te voorkomen of gaan we infecties juist overbrengen door onhygiënisch handelen? Deze vraag is weer actueel nu de eerste bedrijven in Nederland besmet zijn met PED. Gelukkig niet, zoals nu in Oekraïne, met een virulente vorm waarbij veel sterfte onder de jonge biggen optreedt. Een sterk op PED gelijkende ziekte kwam in Nederland tot 1984  voor (TGE) en werd biggengriep genoemd. Toen kwam  er om de vier jaar een golf van biggengriep over Nederland, die bijna ieder bedrijf trof. Dan verdween de ziekte om na vier jaar, wanneer alle zeugen vervangen waren, in volle hevigheid terug te komen. Twee weken lang stierven dan bijna alle pasgeboren biggen aan biggengriep met heftige diarree. Na twee weken werden pasgeboren biggen niet meer ziek en verdween de ziekte van het bedrijf. Op enkele grotere bedrijven bleek de infectie niet van het bedrijf te verdwijnen. De jonge biggen kregen weliswaar geen diarree meer, maar er bleef wel diarree bij gespeende biggen bestaan. Elke week werden biggen gespeend die snel gevoelig werden en zo de infectie in stand hielden. Bescherming door het drinken van zeugenmelk is essentieel om te beschermen tegen de infectie en 2 dagen na spenen is alle zeugenmelk uit de biggendarm verdwenen.

Helaas beschikken we nog niet over effectieve vaccins waarmee een uitbraak voorkomen kan worden. Ik hoop wel dat u reeds nagedacht hebt over hoe te handelen in geval uw bedrijf getroffen wordt door PED. De schade bij jonge biggen is bij een uitbraak niet te voorkomen. Wel kunnen we voorkomen dat het virus lang op het bedrijf aanwezig blijft, door gespeende biggen strikt gescheiden te houden van zogende biggen en opfokzeugen en speengroepen niet te mengen.  

Welke strategie gaan u kiezen voor PED? Vrijwaren of juist besmetten? Gaan we crèches voor biggen organiseren, zodat we nooit van PED afkomen? Ik hoop van niet.